Een mens heeft twee nieren.
De nieren zitten in de buik.
De nieren maken urine.
De urine loopt naar de blaas.
- nier
- blaas
Nierkanker
Een mens heeft twee nieren.
De nieren zitten in de buik.
De nieren maken urine.
De urine loopt naar de blaas.
Nierkanker
Je lichaam bestaat uit cellen.
Bij kanker veranderen goede cellen in slechte cellen.
Deze slechte cellen stoppen niet met delen.
Er komen steeds meer slechte cellen.
Een groepje slechte cellen heet een tumor.
Bij nierkanker zit er een tumor in de nier.
Bij nierkanker zit de kanker meestal in 1 van de nieren.
Soms zit de kanker in alle 2 de nieren.
Soms gaat de nierkanker ook naar andere plekken in het lichaam.
Bijvoorbeeld naar de lymfeklieren, de longen, botten of lever.
Dat heet uitzaaiingen.
Met uitzaaiingen word je niet meer beter.
Wel zijn er behandelingen waardoor je langer kunt leven of minder klachten hebt.
Wanneer de kanker alleen in je nier zit, is er kans op genezing.
De dokter vertelt je over de behandelingen die voor jou mogelijk zijn.
Behandelingen bij nierkanker zijn bijvoorbeeld:
- het verwijderen van de zieke nier door een operatie
- het bevriezen of verhitten van de kanker in de nier
- een behandeling met medicijnen
Samen met de dokter kies je welke behandeling voor jou het beste is.
- lymfeklieren
- longen
- lever
- bot bovenarm
Bij nierkanker zonder uitzaaiingen krijg je meestal een operatie.
Er zijn 2 soorten operaties:
- Het verwijderen van een deel van de nier
Soms verwijdert de dokter alleen het deel van de nier met de tumor.
De rest van de nier blijft zitten. Dit heet een nier-sparende operatie.
Deze operatie is mogelijk als:
- de tumor niet te groot is
- de tumor op een goede plek in de nier zit
- Het verwijderen van de hele nier
Bij een grote tumor, verwijdert de dokter vaak de hele nier.
Na de operatie heb je nog 1 nier.
Met 1 nier kun je goed leven.
De operatie bij nierkanker kan op 2 manieren:
- Kijkoperatie
Bij een kijkoperatie maakt de dokter een paar kleine sneetjes in je buik.
De dokter opereert door die kleine sneetjes en haalt de tumor weg.
De dokter gebruikt ook een camera.
Daarom heet deze operatie een kijkoperatie.
Een kijkoperatie gebeurt het meest.
- Open operatie
Bij een open operatie maakt de dokter een grotere snee in je buik of zij.
De dokter bespreekt met jou welke operatie het beste bij jou kan.
Na de operatie is de kans groot dat de kanker weg is.
Je komt regelmatig bij de dokter op controle om te kijken of de kanker wegblijft.
Bij de controles vraagt de dokter of verpleegkundige ook hoe je je voelt.
Vertel waar je last van hebt.
De dokter en verpleegkundige kunnen je helpen.
Immuuntherapie
Immuuntherapie is een behandeling om het afweersysteem sterker te maken.
Bij immuuntherapie krijg je medicijnen via een infuus.
Elk lichaam heeft een afweersysteem.
Het afweersysteem beschermt het lichaam tegen bijvoorbeeld virussen en
bacteriën.
Het afweersysteem ziet kankercellen niet.
Door immuuntherapie ziet het afweersysteem de kankercellen wel
en remt ze af.
Immuuntherapie werkt bij iedereen anders.
De kanker kan stoppen met groeien of wordt kleiner.
Heel soms verdwijnt de kanker. We weten dan nog niet of je genezen bent.
Soms werkt de immuuntherapie niet.
Je komt regelmatig op controle. De dokter kijkt dan hoe de medicijnen werken.
- nier
- nier met tumor
- blaas
Immuuntherapie kan bijwerkingen geven.
Bijwerkingen die het meeste voorkomen zijn:
- moe zijn
- hoofdpijn
- jeuk
- pijn aan gewrichten
- rode vlekken of bultjes op de huid
- je schildklier werkt langzamer
- diarree
Vertel bijwerkingen altijd aan de dokter of verpleegkundige.
Dit is belangrijk voor de behandeling.
Soms zijn de bijwerkingen zo erg dat je moet stoppen met de immuuntherapie.
Na het stoppen kunnen bijwerkingen nog even doorgaan.
Maar de goede werking van de medicijnen kan ook nog even doorgaan.
De dokter en verpleegkundige zijn er om je te helpen.
Je kunt alles met ze bespreken. Stel de vragen die je hebt.
Immuuntherapie kan bijwerkingen geven.
Bijwerkingen die het meeste voorkomen zijn:
- moe zijn
- hoofdpijn
- jeuk
- pijn aan gewrichten
- rode vlekken of bultjes op de huid
- je schildklier werkt langzamer
- diarree
Vertel bijwerkingen altijd aan de dokter of verpleegkundige.
Dit is belangrijk voor de behandeling.
Soms zijn de bijwerkingen zo erg dat je moet stoppen met de immuuntherapie.
Na het stoppen kunnen bijwerkingen nog even doorgaan.
Maar de goede werking van de medicijnen kan ook nog even doorgaan.
De dokter en verpleegkundige zijn er om je te helpen.
Je kunt alles met ze bespreken. Stel de vragen die je hebt.
Een mens heeft twee nieren.
De nieren zitten in de buik.
De nieren maken urine.
De urine loopt naar de blaas.
- nier
- blaas