Gezondheidsverschillen succesvol aanpakken: het kan
Nederland is welvarend. Inwoners horen bij de rijkste en gezondste mensen ter wereld, we leven gemiddeld lang en gelukkig. Toch zijn hier grote verschillen.
Die worden onder meer veroorzaakt door de omstandigheden waarin iemand opgroeit, woont, leeft en werkt. Die hebben grote invloed op de gezondheid. Iemand die weinig onderwijs heeft gehad, zwaar fysiek werk doet, geldproblemen heeft en met zijn gezin in een kleine flat in een betonnen wijk woont, heeft een groter risico op een slechte gezondheid. Ook veroorzaakt dit chronische stress. Stress vergroot de kans op ziekte en chronische aandoeningen, zoals hart en vaatziekten, diabetes en COPD. Stress heeft ook invloed op gedrag en het doen- en denkvermogen van mensen. Het zorgt voor onzekerheid, schaamte, minder geloof in eigen kunnen en minder regie over je leven.
Tweerichtingsverkeer
Ongezondheid en ziekte dragen op hun beurt bij aan armoede en verminderen iemands vermogen om te participeren en zelfredzaam te zijn. Omgekeerd leidt een gebrek aan participatie tot een slechtere gezondheid. Zo zorgen (gezondheids-) problemen voor een vicieuze cirkel.
Voor mij als directeur van Pharos, het expertisecentrum dat als missie heeft die vermijdbare gezondheidsverschillen terug te dringen, kan er niet genoeg aandacht zijn voor dit vraagstuk. Maar alleen het benoemen van de complexiteit van het vraagstuk en de grote opgave waar we voor staan, kan een gevoel van hopeloosheid met zich mee kan brengen. Dat is niet nodig.
We weten in Nederland namelijk best goed wat werkt. En ook wat niet werkt. Er zijn oplossingen voor handen.
Gezondheidsverschillen aanpakken
Pharos heeft 9 wetenschappelijk onderbouwde principes ontwikkeld voor een succesvolle aanpak van gezondheidsverschillen. Kern van de aanpak is brede domein-overstijgende actie: versterking van gezond gedrag en gezondheidsvaardigheden van mensen in kwetsbare situaties én maatregelen in de sociale en fysieke omgeving. Gezondheid verbetert pas echt als we ook aandacht besteden aan armoedebestrijding, woningverbetering, een ‘gezonde’ inrichting van de openbare ruimte en het hebben van werk, sociale contacten en een zinvolle dagbesteding.
Het positief beïnvloeden van gezondheid is een gedeelde verantwoordelijkheid van volksgezondheid en het ruimtelijk en sociaal domein. We moeten ook ingrijpen op de leefomgeving. Dat kan bijvoorbeeld door beperking van het aantal snackbars en fastfoodketens in een wijk, en ervoor te zorgen dat het veilig genoeg op straat is om een rondje te lopen. Het is én én! Om echt grote effecten te zien moeten we dit lokaal, regionaal én landelijk aanpakken. We weten dat dit kan. In veel plaatsen zijn (lokale) aanpakken ontwikkeld waardoor de (ervaren) gezondheid van mensen is verbeterd. We zijn er nog niet, maar we moeten niet vergeten dat er ook al veel gebeurt.
De mens centraal, niet de ziekte
Het is ook noodzakelijk om meer persoonsgericht werken, zowel in de zorg als in het sociaal domein. We moeten individuele persoonskenmerken, de context en de vaardigheden van mensen herkennen en daar de dienstverlening goed op laten aansluiten.
Sociale omstandigheden en de emoties, waarden en behoeften van mensen staan daarin centraal en niet de ziekte. We zien een mismatch tussen een groot deel van het aanbod van preventie, zorg en ondersteuning, én wat er nodig is. Dit vergroot de ongelijkheid. Zo hebben mensen met diabetes type 2 en een lagere sociaaleconomische status vaker amputaties van tenen en voeten dan mensen met dezelfde aandoening en een hogere sociaaleconomische status. Ze worden ook harder getroffen door corona.
Uit wetenschappelijk onderbouwde en in de praktijk geteste methodes blijkt dat succes alleen wordt geboekt als niet over de hoofden van de mensen wordt heen gepraat. Betrokkenheid en invloed van de doelgroep zelf maakt uiteindelijk het verschil bij het oplossen van gezondheidsverschillen.
Patricia Heijdenrijk
Directeur Pharos, expertisecentrum gezondheidsverschillen