Veel lokale energie op Kansrijke Start
Ieder half jaar ontvangt de Tweede Kamer een voortgangsrapportage vanuit het actieprogramma Kansrijke Start. Pharos interviewde hiervoor gemeenten en andere betrokkenen over waar ze staan bij het vormen van lokale coalities. Lees hier de interviews met vijf gemeenten uit juni 2020.
Gemeente Apeldoorn
Marieke Paarlberg, gynaecoloog van POP-poli Gelre Apeldoorn
Saskia Blom-Schakel, bestuurder Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG)
‘Wij hebben de flow van samenwerking te pakken’
In Apeldoorn slaan professionals de handen ineen om kwetsbare zwangeren en ouders de helpende hand te bieden. “Door Kansrijke Start kunnen we de puntjes op de i zetten”, zeggen Marieke Paarlberg, gynaecoloog van POP-poli Gelre Apeldoorn, en Saskia Blom-Schakel, bestuurder Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG).
Doel van de kerngroep van de lokale coalitie Kansrijke Start in Apeldoorn: “Korte lijnen om kwetsbare gezinnen in de regio nog beter te ondersteunen.” Naast Marieke en Saskia zitten in de kerngroep: de beleidsadviseur sociaal domein, een eerstelijns verloskundige, een huisarts, een vertegenwoordiger van de kraamzorg, de voorzitter van het VSV, en een lid van de moederraad.
Er bestaat in deze regio al een stevige samenwerking rond zwangeren. Marieke: “Wij werken als eerste- en tweedelijns geboortezorg in hetzelfde digitaal verloskundig dossier. Ook screenen we alle zwangere vrouwen op psychiatrische problematiek, psychosociale problematiek, middelenmisbruik en laaggeletterdheid, waardoor we onze zorg beter kunnen afstemmen op hun problemen.” De POP-poli van Gelre Apeldoorn is hierbij de spin in het web. Marieke: “Wij richten ons zowel op vrouwen met psychiatrische problematiek als op vrouwen in complexe psychosociale situaties.” De zorg stoelt op multidisciplinaire samenwerking: “Binnen onze poli werken kinderarts, psychiater, geboortezorg en medisch maatschappelijk werk intensief samen. Daarnaast hebben we nauwe banden met de zorg in de wijk, zoals het CJG, sociale wijkteams en schuldhulpverlening.” Saskia: “Vanuit CJG bieden wij VoorZorg aan, een effectieve interventie die als doel heeft kwetsbare moeders zo vroeg mogelijk te ondersteunen in de opvoeding.”
Doorbraak bewerkstelligen
Wat is de toegevoegde waarde van de lokale coalitie? Saskia: “Met Kansrijke Start bouwen we de samenwerking uit. Dat doen we door knelpunten en drempels op te lossen waar we in de praktijk tegenaan lopen.” Zo was er de casus van een jong gezin waarin huiselijk geweld speelde. De kraamverzorgende moest deze mensen na vijf dagen achterlaten, al voelde ze dat langere ondersteuning nodig was. Saskia: “We ontwikkelden een ‘escalatieladder’ zodat de kraamverzorgende in nijpende situaties langer in het gezin kan blijven. De financiering regelen we dan achteraf, we doen wat nodig is. Zo kunnen we een doorbraak bewerkstelligen in situaties waarin we tegen regelgeving aanlopen.”
Corona en hoe verder
De tweede coalitiebijeenkomst ontpopte zich tot ‘corona-urgentieoverleg’. Het resulteerde in een korte weg om zwangeren op corona te testen en een VSV-draaiboek corona. Marieke: “Hiermee geven we vanuit de eerste en tweede lijn eenduidige informatie, wat rust creëert bij zowel zorgverleners als ouders.” Er was een signaal dat zwangere statushouders zorg meden uit angst voor corona. “Om dit te voorkomen, sloegen we de handen ineen met de verpleegkundigen van het AZC.”
De twee sommen op wat de coalitie in petto heeft: “Eén loket voor vragen over zwanger-worden en zwanger-zijn. Scholing rond laaggeletterdheid en lage gezondheidsvaardigheden. VoorZorg uitbreiden. Aanbod van groepsgewijze Centering-zorg voor zwangeren en ouders. Home-Start beter in beeld brengen.” Saskia: “We willen ook de ouders beter betrekken. Te beginnen met het samenbrengen van al onze ouderraden in één digitaal ouderplatform voor onze regio.” De flow is er, constateren de twee. Marieke: “Professionals die op inhoud en expertise met elkaar samenwerken, dat is vruchtbare grond. Zij zijn daarbij vooral gebaat bij minder regels en meer vertrouwen.” Saskia: “Ons convenant bestaat straks waarschijnlijk uit een aantal gouden regels, die wij al met elkaar in praktijk brengen voor goede zorg aan de ouders en kinderen van Apeldoorn.”
Gemeente Delft
Arjenne Hoeksema, verloskundige bij verloskundig centrum Delvi
Monique Seinen, Regiomanager JGZ Zuid-Holland West
‘Nu ik zie wat het oplevert, wil ik niet meer terug’
Na de ondertekening van een samenwerkingsovereenkomst in 2019 heeft de lokale coalitie in Delft concrete vervolgstappen gezet: zwangeren kunnen rekenen op een ‘integrale benadering’ en er zijn nieuwe interventies voor hen opgezet.
Opvoeding, ontwikkeling en omgeving
Regiomanager JGZ Zuid-Holland West Monique Seinen is ‘supertrots’ op de nieuwe, integrale benadering van zwangeren. “Integraal betekent dat we aandacht schenken aan opvoeding, ontwikkeling én de omgeving van een kind. Hulp bij opvoeding en ontwikkeling bieden we zelf, voor onderwerpen zoals het inkomen en de huisvesting van ouders weten we naar wie we moeten doorverwijzen.”
“De integrale benadering was wel even wennen in de praktijk,” vertelt verloskundige Arjenne Hoeksema van verloskundig centrum Delvi. “In het begin had ik er moeite mee om zwangeren te vragen naar inkomen, schulden en eetpatronen. Maar ik merk dat het een goede manier is om onderwerpen uit de taboesfeer te halen en bespreekbaar te maken. Nu ik zie wat dat oplevert, wil ik niet meer terug.”
Kansrijke Start voor Ouders
Een ander concreet resultaat van de coalitie is KASTO, Kansrijke Start voor Ouders, een interventie voor de begeleiding van kwetsbare zwangeren en jonge moeders. Seinen vertelt dat de interventie mede geïnspireerd is door het verhaal van Adonia, “een jonge vrouw die zwanger raakte terwijl ze schulden had en te weinig inkomen om gezond te eten.”
Adonia durfde haar verloskundige niet te vertellen hoe moeilijk ze het had, uit angst dat haar kind zou worden afgenomen. De verloskundige bracht haar in contact met een jeugdverpleegkundige, die haar vertrouwen won. Hoeksema: “Toen ervaarde ze voor het eerst steun van iemand die zonder oordelen luisterde.”
Voedselbank en schuldhulpverlening
De jeugdverpleegkundige bracht Adonia onder andere in contact met de voedselbank en schuldhulpverlening. Zij zag wat deze bredere ondersteuning Adonia bracht en wilde deze dan ook graag verlengen. Hoeksema: “Tijdens de eerste bijeenkomst van de coalitie was Adonia als gast aanwezig om haar verhaal te vertellen. Dat maakte op alle aanwezigen veel indruk. Daar is KASTO uit ontstaan.”
KASTO biedt zwangeren ondersteuning van een vaste begeleider die de weg kent in het medische en sociale domein. “De begeleider komt wekelijks of eens per maand langs”, vertelt Seinen. “Dat gebeurt gedurende een half jaar of enkele jaren, afhankelijk van de situatie: KASTO is maatwerk. Het verhaal van Adonia en andere kwetsbare moeders die we tegenkomen, laat zien hoe belangrijk dat is.”
Voorlichting en contact met lotgenoten
De Delftse coalitie heeft daarnaast een interventie ontwikkeld waarin de nadruk ligt op samenwerking in het sociale en medische domein. Het programma bestaat uit groepsvoorlichting en een huisbezoek tijdens de zwangerschap, legt Seinen uit.
Tijdens drie voorlichtingsavonden ontmoeten zwangeren en hun partners elkaar op een verloskundige praktijk. Seinen: “Mooi is dat we een subsidie krijgen van ZonMw om onderzoek te doen naar de vraag hoe we de ketensamenwerking in de interventie kunnen versterken.” Hoeksema: “De kracht is dat we niet alleen voorlichting geven maar ook vrouwen de kans bieden om elkaar te ontmoeten en kennis uit te wisselen. Moeders kunnen elkaar in veel gevallen goed helpen.”
Gemeente Den Bosch
Lucretia Fronen, beleidsmedewerker gemeente Den Bosch
Marije Scholtens, projectleider van de Bossche coalitie, GGD Hart voor Brabant
Remke Dullemond, Gynaecoloog bij het Jeroen Bosch Ziekenhuis
‘Als je elkaar weet te vinden, kun je heel snel tot actie komen’
Onder de naam @Verlosdenbosch werken verloskundigen, kraamverzorgenden en gynaecologen al enkele jaren nauw samen. Maar de link met het sociale domein ontbrak nog. “Het gaat om twee verschillende werelden die we aan elkaar willen haken.”
Samen in actie tijdens coronacrisis
De Bossche coalitie Kansrijke Start ging vorig jaar van start. Is daar al iets van te merken? Gynaecoloog Remke Dullemond van het Jeroen Bosch Ziekenhuis noemt een actueel voorbeeld: coalitiepartijen komen samen in actie tijdens de coronacrisis. “Door COVID-19 hebben veel zwangeren zorgen over hun toekomst en weinig sociale contacten. Naar Amsterdams voorbeeld hebben we een online community opgericht om zwangeren met elkaar in contact te brengen. De coalitie was meteen enthousiast en dan kan het snel gaan: we hebben al 30 inschrijvingen.”
Eén gezamenlijke boodschap
De coronacrisis inspireerde ook op een andere manier tot nauwe samenwerking. “Alle coalitiepartijen krijgen vragen over corona”, vertelt Marije Scholtens van GGD Hart voor Brabant, projectleider van de Bossche coalitie. “Veel zwangeren vragen zich bijvoorbeeld af of ze wel naar het ziekenhuis of het consultatiebureau kunnen.”
Elke partij ging aan de slag met een eigen COVID-19-protocol. “Dat zorgde voor verwarring”, legt Scholtens uit. “Toen heeft de coalitie besloten om een gezamenlijke brief te sturen naar alle zwangeren in Den Bosch, met één gezamenlijke boodschap: je kunt als zwangere nog steeds rekenen op goede geboortezorg, zowel thuis als in het ziekenhuis.”
In korte tijd stappen gezet
“Mooi hoe we in korte tijd stappen hebben gezet”, vindt Scholtens. Ook Lucretia Fronen, beleidsmedewerker gemeente Den Bosch, is enthousiast. “Deze voorbeelden laten goed zien hoe belangrijk het is om elkaar te kennen. Als je elkaar weet te vinden, kun je heel snel tot actie komen. Juist nu.”
Er is nog wel een weg te gaan, vindt Dullemond. “Het is niet in één klap anders nu de coalitie er is. Het is vaak nog zoeken.” Nu is het zaak om het medische en sociale domein verder te verbinden, vult Scholtens aan. “Het gaat om twee verschillende werelden die we aan elkaar willen haken.”
Zorgpaden verbreden
Het verloskundig samenwerkingsverband @Verlosdenbosch heeft verschillende zorgpaden ontwikkeld. Sommige zijn al verbreed naar het sociale domein, bijvoorbeeld voor zwangeren die te maken hebben met financiële problemen of huiselijk geweld. “Maar in de praktijk zijn die lijntjes er nog niet altijd”, vertelt Dullemond. Scholtens noemt als voorbeeld een verloskundige die een jeugdverpleegkundige wil inschakelen om een zwangere te helpen. “Vaak is dat al wel mogelijk maar nog niet bij alle professionals bekend.”
Sociale indicatoren
Scholtens wil binnenkort met het ziekenhuis ‘om de tafel’ om cijfers over bijvoorbeeld vroeggeboorte te vergelijken met sociale indicatoren van de GGD. “Er is uit onderzoeksliteratuur al veel bekend over risicofactoren, zoals stress en een ongezonde leefstijl. Maar wat speelt er concreet in Den Bosch?” Dullemond schuift graag aan als gynaecoloog om te ontdekken welke kansen er liggen: “Zien we verbanden met bijvoorbeeld werkloosheid of rookgedrag? Op basis daarvan kunnen we met elkaar preventieve interventies inzetten.”
Gemeente Helmond
Chafia Ezzarfani, ontwikkelaar Sociaal Domein bij de gemeente Helmond
Yvonne Raedts, stafverpleegkundige jeugdgezondheidszorg bij Zorgboog
‘Samen voor één doel: optimale kansen voor iedere pasgeborene’
Vanuit de gemeente Helmond was er al veel aandacht voor de gezondheid van de jeugd. ‘Dankzij het lokale project Kansrijke Start richten we ons nu ook op de gezondheid van zwangeren.’
Voorjaar 2019 nam de gemeenteraad van Helmond unaniem een motie aan voor deelname aan het actieprogramma Kansrijke Start van VWS. “Onze perinatale kerncijfers laten helaas te wensen over. Bijna achttien procent van de kinderen in Helmond heeft een valse start door vroeggeboorte of een laag geboortegewicht. ” Aan het woord is Chafia Ezzarfani, ontwikkelaar Sociaal Domein bij de gemeente, en trekker van Kansrijke Start in Helmond. “We bieden al diverse interventies vanuit de jeugdgezondheidszorg, zoals BOBP (baby’s van ouders met bijzondere problematiek), Stevig Ouderschap, video-hometraining, en diverse cursussen en themabijeenkomsten. Deze richten zich echter vooral op nieuwe moeders en hun baby’s. Om te bevorderen dat kinderen gezond ter wereld komen, willen we meer inzetten op zwangeren en op vrouwen die zwanger willen worden.”
“Vanaf oktober begon ik met het vormen van de lokale coalitie”, vervolgt Chafia. Deze bestaat uit vertegenwoordigers van de jeugdgezondheidszorg, kraamzorg, verloskundigen en gynaecologen, die zorg aan kwetsbare zwangeren als aandachtsgebied hebben. Naast professionals uit de geboortezorg is ook iemand uit de schuldhulpverlening betrokken. “Ik vroeg iedere partner om aan te geven: ‘Wat wil jij met de coalitie bereiken. En wat breng jij mee?’ Het is mooi om te ervaren, dat iedereen gaat voor dat ene doel: optimale kansen voor iedere pasgeborene.”
Yvonne Raedts, stafverpleegkundige jeugdgezondheidszorg bij Zorgboog: “Binnen de coalitie gaan we nog steviger de verbinding met elkaar aan. Wat doen we al en wat kan beter? En wat kunnen we nog meer doen om kwetsbaarheid tegen te gaan en risico’s voor te zijn?” Uit de eerste bijeenkomsten kwamen al ambities voort: “We beginnen met het uitstippelen van routepaden: waar kunnen kwetsbare (aanstaande) ouders in verschillende fasen terecht voor hulp en ondersteuning? Ook willen we starten met Nu Niet Zwanger.”
Blik op de toekomst
Corona veroorzaakte in de afgelopen periode enige vertraging. Chafia vertelt wat er vanaf nu op stapel staat: “We gaan onze afspraken vastleggen, mogelijk in de vorm van een convenant. We willen heldere ketenafspraken maken, zodat alle partijen ook op bestuurlijk niveau weten wat ze aan elkaar hebben. We willen vanaf het begin alle inspanningen goed monitoren, zodat we tijdig kunnen bijsturen als dat nodig is.”
Beiden zijn het erover eens, dat de samenwerking zelf de grote meerwaarde is: “Elkaar kennen en elkaar weten te vinden.” Yvonne: “Zodat iedereen de sociale kaart goed kent. Maar wat ik vooral mooi vind, is dat we binnen de coalitie samen alle mogelijkheden onderzoeken. Is het bijvoorbeeld niet een idee als we sommige gezinnen na de kraamtijd nog wat langer ondersteunen? Bijvoorbeeld als de baby erg veel huilt, als een gezin erg weinig structuur heeft, of als de hechting extra aandacht vraagt.” Chafia: “Samen kunnen we ervoor zorgen, dat er geen kinderen buiten de boot vallen. En daarmee alle kinderen een kansrijke start geven.”
Gemeente Meppel
Mariska Bloemberg, beleidsadviseur gemeente Meppel
Nelleke Gosker, verloskundige
Renate van Logchem, Jeugdgezondheidszorg Icare
‘Bevlogen professionals zijn een goudmijn’
Meppel is een van de gemeenten waar samenwerking binnen de geboortezorg al een stevige impuls had gekregen. Mede door enkele bevlogen professionals maakte de coalitie daar een vliegende start.
Korte lijnen
Voordat de coalitie van start ging, liepen er in Meppel al verschillende projecten waarin het medische en sociale domein elkaar vinden. Dankzij de coalitie zijn er nu veel meer partijen aangehaakt, waardoor er meer zicht is op wat er beter kan.
Renate van Logchem van Jeugdgezondheidszorg Icare merkt al dat het contact met het ziekenhuis en huisartsen verbetert. “We willen als JGZ graag korte lijnen en een goede overdracht na de bevalling. Zo zorgen we ervoor dat er zo min mogelijk misverstanden ontstaan en dat jonge moeders na de bevalling direct de juiste ondersteuning krijgen.” Daarbij komt haar persoonlijke werkervaring op de afdeling verloskunde goed van pas. “Toen ik de overstap maakte naar de JGZ, ontdekte ik pas hoe sterk alle partijen soms nog in hun eigen ‘bubbel’ zitten.”
Onbekend terrein
Verloskundige Nelleke Gosker legt uit dat zij en haar collega’s al langer met het idee liepen om de samenwerking binnen de geboortezorg te versterken. “Maar het sociaal domein was voor mij grotendeels onbekend terrein. En door het dagelijkse werk was er te weinig tijd om dat te verkennen.” Toch besloot zij eind 2018 om bij de gemeente op bezoek te gaan.
Daar raakte ze in gesprek met beleidsadviseur Mariska Bloemberg. “Ik bracht haar in contact met de juiste persoon bij Jeugdgezondheidszorg Icare”,, vertelt zij. “Samen hebben zij enkele snel haalbare projecten opgepakt, zoals risico-overleg over kwetsbare zwangeren en gezamenlijke voorlichtingsavonden voor zwangeren en hun partners. Hierbij waren onder andere de kraamzorg en het welzijnswerk betrokken.”
Eerder signaleren
Gosker noemt als belangrijk resultaat van de coalitie dat JGZ, kraamzorg en verloskundigen elke twee maanden om tafel zitten om kwetsbare zwangeren te bespreken. “We signaleren dankzij dit overleg eerder dat er iets mis is en dat er bijvoorbeeld psychische begeleiding nodig is, of hulp bij de huisvesting. En er wordt nu veel meer geregeld vóórdat de bevalling plaatsvindt in plaats van erna.”
Tolkenproject
Gosker nam eerder het initiatief voor een tolkenproject. De aanleiding was dat ze steeds vaker gebruik maakte van de tolkentelefoon, hoewel dat eigenlijk te kostbaar is. Tot haar verrassing namen twee van haar cliënten een vriendin mee die goed kon tolken. “Toen dacht ik: er lopen vast meer mensen rond die dit vrijwillig willen doen. Met hulp van de welzijnsorganisatie zoeken we nu naar geschikte vrouwen, die na een korte scholing van ons en de JGZ kunnen bijspringen als tolk.”
Voorbeelden inspireren
Eind vorig jaar organiseerde de gemeente in het kader van de lokale coalitie een ‘brede informatiebijeenkomst’ voor professionals uit het medische en sociale domein betrokken bij zwangerschap, geboortezorg en kinderopvang. “Goede voorbeelden inspireren en deze kregen hier een podium,” vertelt Bloemberg. Zo zorgen we ervoor dat professionals willen meedoen.” Enthousiastelingen als Gosker en Logchem helpen daar enorm bij, merkt ze: “Bevlogen professionals zijn een goudmijn als je een samenwerking wilt opstarten.”
Hoe houdt Meppel dit enthousiasme vast? Gosker denkt dat de gemeente daarin een sleutelrol speelt. “We hebben een kartrekker als Mariska nodig, een vast aanspreekpunt voor alle partijen. Je kunt die rol ook beleggen bij iemand in het veld, maar als die persoon van baan verandert, valt alles om. De gemeente is de stabiele factor.”